zondag 27 maart 2016

Stomme Zee!



Het is vloed en dus is het trappetje naar het strand bijna volledig onder water. Alleen de bovenste treden zijn nog zichtbaar. De branding zorgt ervoor dat het aantal bovenste treden nogal varieert. Soms zijn er drie treden boven water en dan zijn het er plotseling acht. Meestal zijn het een stuk of vijf. In ieder geval nodigt het niet uit om omlaag te klimmen, vooral niet met dit koude weer.

Toch zie ik een man een paar stappen omlaag gaan. Hij houdt zich stevig vast aan de ijzeren leuning die naast het trappetje loopt. Zijn vrouw kijkt naar zijn waaghalzerij; hun hond snuffelt aan het muurtje, waar de meeste honden hun merkteken achterlaten. De hond likt aan de muur, maar als de vrouw het ziet, trekt ze hem er vandaan. De hond gaat maar naast de vrouw zitten kijken naar de man.

De man schraapt zijn rechtervoet aan een van de treden, houdt zijn schoen voorzichtig tegen het wateropppervlak aan en kijkt zo nu en dan naar het resultaat. Het schiet duidelijk niet op en hij gaat een tree lager staan. Omdat hij zo bezig is, ziet hij niet dat er een vrij grote golf aan komt zetten. Waarschijnlijk is deze veroorzaakt door het containerschip dat juist voorbij kwam varen.

Als de man de golf opmerkt, is het te laat en hij komt tot aan zijn knieen in het water te staan. Aan zijn mond te zien, staat hij geweldig te vloeken en komt opmerkelijk snel naar boven klimmen. Zijn vrouw staat hoofdschuddend naar hem te kijken als hij zich bij haar en de viervoeter voegt.
Als ze verder lopen, moet ook de hond het ontgelden, maar het beest is duidelijk niet zo geinteresseerd in zijn gemopper.
Nu maar hopen dat de schoen toch schoon is geraakt.
===========================================

Kunstenaar



De zee had aardig wat zand op de kade gedeponeerd en een kind had duidelijk het plan gehad om een zandkasteel te bouwen. Verder dan een emmertje nat zand omkeren voor het bankje, was het niet gekomen. Het hoopje stond voor mijn voeten, maar geenszins in de weg en dus liet ik het daar. Wellicht dat het begin eens zou leiden tot een immens kasteel.

Een moeder met haar zoontje van een jaar of tien liep in mijn richting. Het jochie zag het hoopje ook en versnelde zijn pas. "Ik zou er niet eens aan denken, als ik jou was!", riep zijn moeder. Blijkbaar kon ze zijn bedoelingen raden. Hij hield zijn pas in voor mijn voeten en keek afkeurend naar het vormloos geval.

"Heb jij dat gemaakt?", vroeg hij aan mij, met een blik of hij twijfelde aan mijn verstandelijke vermogen.
"Nee", was mijn antwoord: "ik ben niet zo'n kunstenaar."
De moeder moest duidelijk lachen, ik zag haar met schokkende schouders verder lopen.
Het jochie volgde haar, maar keek nog eens vol verbazing om naar die rare oude vent.
Iets verderop schopte hij een steentje een eind weg.
=========================================

zaterdag 19 maart 2016

"Maar wel een mooi wijf"



Het gebeurt niet vaak, maar nu zit ik als een van de eersten in het vliegtuig. Langzamerhand komen er meer mensen bij, sommigen schuiven hun koffertje of tas onder hun stoel anderen worstelen om hun bagage in de vakken boven de stoelen te kunnen wurmen. Mij lukte het ook maar net, veel extra ruimte is er niet.

Er komen drie Nederlandse jongemannen van rond de twintig aangelopen met grote rugzakken. Misschien zijn ze wezen rondtrekken in Engeland, zou maar zo kunnen. Of ze zijn naar een muziekfestival geweest, maar aan de kleding te zien gok ik op het eerste.

Zo nu en dan kijken ze achterom, waar ze vandaan komen. Ik volg hun blikken en zie een aantrekkelijke, jonge, typisch Engelse vrouw aan komen lopen met een meisje van een jaar of vijf.
Ze zal bijna dertig zijn, heeft platina geblondeerd haar, is vrij zwaar opgemaakt en heeft recent een bezoekje gebracht aan de tanning studio.

"Jammer dat ze dat kind bij zich heeft."
"Had je haar echt een drankje willen aanbieden?"
"Zonder dat kind wel."

De jongens blijven staan en zien haar voorover buigen om haar kind in de stoel bij het raam te installeren. Nu snap ik wel waarom ze blijven staan, haar jurk heeft een vrij diepe V-hals en gewild of ongewild laat ze vrij veel zien. Nadat het kind goed zit, buigt ze nog eens goed voorover om een vuurrood koffertje onder de stoel te schuiven.

De jongens zuchten ervan, ze draagt een leuke kanten beha.
"Zo jammer van dat kind."
"Maar het is wel een mooi wijf"
"Kom nou maar..."

Achter hen komt een hele stoet passagiers aangelopen. De jongens kijken nog een keer om, maar hun aanbedene zit al op haar stoel en er valt niets meer te zien.
Ik hoor nog een keer: "Maar het was wel een bloedmooi wijf!"