maandag 22 juli 2013

Tranen

Een tijdje was mijn werkplek in een zaaltje, dat bestemd was voor deurwaarders en collega's in de controle. Eens per week kwamen deze mensen naar kantoor om hun rapporten en declaraties in te leveren.
Op zo'n dag was het zaaltje overvol en was het een gekwetter van jewelste. Men moest de ervaringen even uitwisselen en zo nodig advies aan elkaar vragen.
En dus was ik er al snel op ingesteld dat ik op vrijdag, de "kantoordag" van deze mensen niet aan werken toe kwam.

Er zaten een aantal aparte mensen bij: eentje rook nogal uit zijn mond. Schoonmaker Boer wist de oorzaak: "De man schijt door zijn mond!" En dan was er mijnheer Franssen; hij loensde nogal; de schoonmaker legde regelmatig uit: "Als die man huilt, dan lopen de tranen over zijn rug". Franssen was een hele aardige rustige man, die niet aan sterke verhalen deed. Ernaar luisteren deed hij wel. Eens vertelde een deurwaarder een sterk verhaal over een aspirant-deurwaarder. De knaap was erg bleu en zijn collega's stuurden hem dus naar een adres waarvan ze precies wisten wat er zou gebeuren als de deur werd opengedaan.



Een vrouw in een ochtendjas deed altijd open: zowel de deur als de ochtendjas. Onderwijl roepend: "Nou mijnheer de deurwaarder, ik mag er nog best wezen, toch?" Na een bevestigend antwoord betaalde ze altijd contant wat ze verschuldigd was. Maar de jonge ambtenaar wist niets af van de standaard gang van zaken. Het resultaat was dat hij mee naar binnen werd genomen door de vrouw, die - laten we maar zeggen - enigszins in de war was. En hij kwam een paar minuten later naar buiten rennen. Er zat een heel verhaal aan vast en het leidde ertoe dat het hele zaaltje bulderde van de lach. De tranen van het lachen stonden in Franssen's ogen. Verder kwamen ze niet.

Het was in 1978 of 1979 dat de zoon van Franssen besloot om een fietstrip te maken met zijn vriend van Bogota in Colombia naar Mexico-stad. Franssen was vol bewondering, maar was ook enigszins beangstigd door de gavaren die de twintigers bedreigden. Hij sprak er eigenlijk alleen met mij over. Wachtte tot de andere buitendienst-medewerkers waren vertrokken en dan pakten we er een kaart van Midden-Amerika bij en bekeken de vorderingen en de plannen. Er was geen internet in die tijd, Franssen werd met onregelmatige telefoontjes op de hoogte gehouden.



Op een dag stond het gezicht van Franssen erg somber, ik kon bijna niet wachten tot de anderen waren vertrokken. Daarna kon hij zijn verhaal weer aan mij kwijt. De jongens waren in Costa Rica beroofd door mannen met geweren, zelfs de fietsen waren meegenomen. Franssen had geld overgemaakt, waarmee ze nieuwe fietsen hadden gekocht. Ze gingen gewoon door! Mijn collega vond het zelf niet echt leuk meer. De vaderlijke trots was een beetje verdwenen, zijn blik was zorgelijk, bijna zenuwachtig. Ik probeerde hem gerust te stellen: de jongens wisten heus wel wat ze deden.

Eigenlijk was ik er ook niet gerust op. Ze zouden door Nicaragua moeten en daar was net een burgeroorlog in volle gang. De Sandinistas (FSLN) waren bezig om dictator Somoza weg te krijgen. Geen idee of de jongelui daar bij stil hadden gestaan. Ik had het daar maar niet over, maar het voelde niet goed.
Een week later hoorde ik van Franssen dat zijn zoon en diens maat uit Nicaragua terug waren gegaan naar Costa Rica. Details kende hij ook niet.

                                          Sandinistas

De volgende maandag kwam Franssen onverwacht het zaaltje binnenlopen. Hij moest het goede nieuws met me delen. Hij was onderweg naar Schiphol om de jongens af te halen. Ze waren terug aan het vliegen, waren al van Orlando in Florida vertrokken. Achteraf bleek hij ook heus wel te weten van de oorlog in Nicaragua. Hij was zo opgelucht en blij dat de tranen hem in de ogen sprongen. Maar daar bleef het bij.
Of schoonmaker Boer gelijk had, heb ik nooit kunnen vast stellen.
=========================================================


zondag 14 juli 2013

Een taxi-chauffeur in Wenen

Het fenomeen crowd-funding was nog niet overal bekend, maar ik was er hopeloos aan verslaafd geraakt en had mijn ook mijn partner geïnfecteerd met het virus. Het leidde tot veel contacten met musici van allerlei pluimage en nationaliteiten. En zo kwam het dat we een uitnodiging ontvingen om de presentatie van de cd bij te wonen van de - inmiddels ontbonden en weer opgerichte - band Solidtube. De presentatie ging plaatsvinden in een club in Wenen. Omdat we wegens trieste omstandigheden hadden moeten afzien van een huwelijksreis, besloten mijn vrouw en ik de gelegenheid aan te grijpen om naar Wenen te reizen en deze trip het stempel huwelijksreis te geven.



http://youtu.be/k9X1g11uv-o
                                                              Solidtube

Omdat niets bij ons standaard verliep, vloog mijn vrouw vanaf London Stansted en ik vanaf Schiphol. Het goedkope hotel was eenvoudig, maar proper en er viel niet veel op aan te merken, met uitzondering van de buurt waarin het stond. We hadden het uitgekozen omdat het dichtbij de club was.
Het viel ons bij de eerste verkenning van de omgeving meteen op dat er twee grote groepen mensen bijeen stonden. Eén groep bestond duidelijk uit junkies en dealers, de andere uit mensen die vrij haveloos en ouderwets gekleed waren. Zo nu en dan kwam er een busje naar toe gereden en laadde na wat onderhandelingen een aantal mensen in. We kwamen tot de conclusie dat dit illegale arbeiders moesten zijn die door louche koppelbazen naar werkplekken werden gebracht.



http://youtu.be/YIrXII9wCGM
                                                              Rooga

We schrokken op van onze observaties toen er een luxe zwarte auto met geblindeerde ramen vlak voor ons stopte. Er werd een man uitgegooid en twee anderen stapten uit, holden naar hem toe en schopten en sloegen hem op een vreselijke manier. We waren als aan de grond genageld!
Het duurde niet lang, de bruten stapten weer in en de wagen scheurde met piepende banden weg.
De man stond op, klopte zich af en liep naar de junks alsof alles het de gewoonste zaak van de wereld was.

En dus besloten we om die nacht op de terugweg naar het hotel een taxi te nemen; dat bracht wat meer zekerheid over onze veiligheid. De heenweg liepen we, met als tussenstop een heerlijk etentje in een Vietnamees restaurant. Erg ver was het niet, in totaal liepen we niet meer dan een minuut of twintig.
De avond zelf bleef erg leuk, naast de band Solidtube speelden ook de bands Rooga en Kontrust een set en werd er nog een all-star-jam-sessie gedaan. We spraken met verschillende bandleden, kregen knuffels van de zangeressen en de manager van Solidtube gaf mijn vrouw een enorm boeket bloemen.



http://youtu.be/eUO9SNCBL6U
                                                             Kontrust    
               
En toen besloten we om in de club een taxi te laten bellen.
Die kwam zeer snel, de bloemen belandden in de kofferbak en wij gerieflijk achterin. Vrijwel meteen sloeg de besnorde chauffeur een zijstraat in en toen nog één. Ik kon niet laten om in mijn beste Duits te roepen: "Man wo gehen Sie hin?"
Alweer een andere straat induikend, had hij een heel verhaal over éénrichtingverkeer en opgebroken wegen. We keken elkaar aan: niets van dat al gezien!

Na twintig minuten rijden was er dan toch de wat bekendere omgeving van het hotel. Hij stopte en liet mijn vrouw galant uitstappen.
Ik had mijn portemonnee al getrokken en keek hem vragend aan.
"Das ist 20 Euro für das Reiten. Die Service ist nicht dabei..." en hij keek me hebberig aan vanonder zijn zwarte plakharen.
Ik betaalde exact 20 Euro; hij begon te snuiven, opende de kofferbak, pakte het boeket en smeet het op straat.

Terwijl hij wegreed, ging mijn middelvinger als vanzelf omhoog.
Gelukkig heeft Wenen een prima U-Bahn en hebben we ons verdere verblijf geen taxi meer hoeven nemen.
We hadden het helemaal gehad met de Weense taxi-service!
========================================================

De vreemde kreten in het verhaal zijn links naar video-opnames van de bands. Helaas werken de links niet. De video's kunnen bekeken worden door de links te kopieëren en in het zoekveld van de browser te plaatsen.

woensdag 10 juli 2013

Een grappige buschauffeur

Voor mijn trouwste lezer Froukje

Een paar jaar geleden zat ik in een stormachtige periode van mijn leven. Er was een moment dat een echtscheidingsprocedure die soepel leek te verlopen, toch wat stroperig werd en plotseling was er weer geluk en liefde in mijn leven. Bij tijd en wijle leek ik in een stroomversnelling te zitten.
Het was toen dat ik besloten had om een deel van mijn garderobe over te brengen naar de plek, waar ik bijna de helft van mijn tijd verkeerde: Engeland.



Ik had mijn grootste koffer gevuld en die naar de bushalte gezeuld. De bus nam ik normaal nooit, ik had een plezierige fiets en voor grotere afstanden was er de auto. Die auto leek me niet geschikt om in Engeland te gaan experimenteren op de weg. Het stuur aan de verkeerde kant en onwennigheid met het links rijden, zouden voor gevaarlijke situaties kunnen zorgen. De koffer was zeer simpel gewoon veel te log voor de fiets. En dus moest ik met de bus.



De bus was prima op tijd, ik stapte in, groette de chauffeur vriendelijk en vroeg hem of deze bus via Station Schothorst ging. Het was in een periode waarin er gerommeld werd met de routes van de lijnen 4 en 5, dus was de vraag zeer gerechtvaardigd. Verder dan een norse knik in mijn richting kwam de chauffeur niet.
Terwijl ik me naar een plekje worstelde, begon hij te rijden. Hard reed hij gelukkig niet, hij bleek alle tijd te hebben. Op dit uur van de dag werd de bus niet veel gebruikt, ik was de enige. En ik bleef de enige.



Met een sukkelgangetje gingen we naar onze bestemming en ik had alle tijd om wat te mijmeren over alles wat me bezig hield. Ik schrok op toen de bus harder ging rijden. De chauffeur trapte het gaspedaal extra in terwijl we Station Schothorst passeerden.
"Man, wat doe je nou? Ik moest er daar uit!"
"Dan moet je maar drukken." Hij had er schik in.
Ik drukte en ondanks dat hij echt overal zou kunnen stoppen, reed hij door naar de volgende halte.



Terwijl ik uitstapte, zag ik zijn gezicht in de achteruitkijkspiegel. Hij zat me openlijk uit te lachen.
"Lul!" mimede ik in zijn richting, maar veel had ik daar natuurlijk niet aan.
Het was nog een aardig stukje lopen, de zware koffer achter me aan trekkend, maar ik zag nog kans om mijn trein te halen.
Uiteraard heb ik een klacht ingediend; per mail, zodat nooit ontkend zou kunnen worden dat ik een klacht had gestuurd. Elke reactie bleef uit; een brief die ik een jaar later van de busmaatschappij mocht ontvangen, bleek een enquete-formulier te bevatten. Normaal ging dit soort commerciële rommel gelijk bij het oud papier. Maar deze keer ging ik er eens echt voor zitten om mijn kwalificaties te geven.
==================================================